
Willem Schoonebeek van de BFC (links) en Bart van Kempen van Helder Camara in Teteringen over het Groot Kielegats Scholenproject (c) Tom Hayes
TETERINGEN – Met een oud-prins van Boemeldonck als schoolhoofd, is het niet verwonderlijk dat leerlingen van Helder Camara in Teteringen deze weken les over carnaval krijgen. De basisschool is sinds vorig jaar aangesloten bij het Groot Kielegats Scholenproject, een onderwijsprogramma rondom het leutfeest in Breda. En dat is inmiddels breed omarmd.
In 2011 rolde de BFC (Bredase Federatie van Carnavalsverenigingen) het Groot Kielegats Scholenproject voor het eerst uit. Om de jeugd actief bij carnaval te betrekken, weet Willem Schoonebeek van de BFC. Inmiddels is ruim tachtig procent van de scholen in Breda en omliggende dorpen aangesloten. Met ‘Totdenringen’ als nieuwste aanwinst.
Tijdens de lessen leren de leerlingen meer over carnaval in het algemeen (‘Waarom praat iedereen dialect tijdens carnaval?’), over carnaval in het eigen dorp (‘Wie is de prins van Totdenringen?’), maar komen ook taal- en rekenlessen aan bod (‘Hoeveel leutpenningen moet je betalen voor een drankje?’).
Niet gamen, maar bouwen
Bart van Kempen is niet alleen directeur van Helder Camara, maar was ook de vijftigste prins van Boemeldonck. Inkoppertje dus, toen AKV De Sikken aanklopten met het scholenproject onder de arm. ,,Natuurlijk”, zegt de Beekenaar. ,,Maar ik wil vooral het sociale belang van dit project benadrukken. Tijdens carnaval ontstaan vriendengroepen die nog jaren blijven. Na school gaan die niet gamen, maar een carnavalswagen bouwen. Dat willen we de kinderen hier ook mee geven.”
In de nieuwbouwwijk waar Helder Camara staat wonen veel forenzen, weet Van Kempen. ,,Niet elk kind, niet elke ouder is met carnaval opgegroeid. We hopen ze hiermee te betrekken bij het carnaval in Teteringen. Als we de jeugd weten te enthousiasmeren, hopen we dat het een bredere voedingsbodem weglegt waarop de belangstelling voor het feest kan groeien.”
Wanneer het project voor hem geslaagd is? ,,Als we merken dat de optochten meer deelnemers krijgen. Dan zie je dat carnaval meer leeft.”
Schoonebeek over het succes van het project: ,,De normale lesstof verdringen we niet, maar passen we aan en integreren we in het project. Dus de rekenlessen gaan gewoon door, maar krijgen een carnavalstintje.” Van Kempen: ,,De trots voor het eigen dorp komt erin naar voren. Dat is belangrijk, vooral met carnaval”, weet de Beekenaar als geen ander.
Bron: BN/De Stem
Auteur en foto: Tom Hayes
Geplaatst met toestemming.